Letsel en revalidatie

Casusverslag

Patiëntgegevens

Leeftijd: 26 jaar
Geslacht: man
Lengte: 1,82 m
Aanvankelijk gewicht: 85,00 kg
Aanvankelijke BMI: 31,40 kg/m²
Uiteindelijk gewicht: 84,20 kg
Uiteindelijke BMI: 25,42 kg/m²


Medische voorgeschiedenis/diagnose

Een 26-jarige profvoetballer heeft zijn achillespees gescheurd tijdens een wedstrijd. Na de eerste medische onderzoeken werd een voorzichtige revalidatie met een paar weken rust voorgeschreven vanwege de ernst van de blessure. Vervolgens vond er gecontroleerde fysiotherapie en revalidatietraining plaats en werd er met regelmatige tussenpozen een meting verricht met de seca mBCA.


Grafieken van de meetresultaten

Gewicht
Er was geen sprake van een aanzienlijk gewichtsverlies tijdens de vijf maanden blessurepauze.

  • Meting 1 (week 1):   85.15 kg
  • Meting 2 (week 5):   84.40 kg
  • Meting 3 (week 8):   83.80 kg
  • Meting 4 (week 13): 84.05 kg
  • Meting 5 (week 22): 84.20 kg

Grafieken van de meetresultaten

Vetmassa

De relatieve vetmassa van de atleet nam gedurende de trainingsloze periode toe. Aan het einde van de therapie kwam de waarde in de buurt van het aanvangsniveau.

  • Meting 1 (week 1):   10.30 %
  • Meting 2 (week 5):   12.70 %
  • Meting 3 (week 8):   17.60 %
  • Meting 4 (week 13): 16.40 %
  • Meting 5 (week 22): 12.40 %

Grafieken van de meetresultaten

Lichaamscompositiegrafiek (BCC)De BCC biedt een ideale manier om de veranderingen in de lichaamssamenstelling te volgen. Op basis daarvan werden de vervolgstappen voor de behandeling bepaald. De vijf metingen geven de ontwikkelingen over een periode van 21 weken weer:

De eerste meting werd meteen na de blessure uitgevoerd tijdens de eerste onderzoeken. Het tweede meetpunt dateert van 4 weken na de blessure en het derde 7 weken na de blessure. In deze periode is er uitsluitend gerust, met uitzondering van enkele fysiotherapie-activiteiten. Gezien de zeer beperkte trainingsfrequentie nam de spiermassa af (meetpunten naar links opgeschoven) en nam de vetmassa enigszins toe. Na deze rustfase, die voor een goed verzorgde sportman relatief lang duurde, werd een begin gemaakt met revalidatietrainingen. In de loop van de daaropvolgende vijf weken (meetpunt 4) kon de vetmassa worden teruggebracht (verplaatsing naar beneden) en kon de spiermassa weer worden opgebouwd (verschuiving naar rechts).

In de laatste fase werden de trainingen steeds frequenter en zwaarder: rennen, oefeningen met de bal, re-integratie in de teamtrainingen. Het vijfde meetpunt vond plaats na negen weken. Na ruim vijf maanden sinds de blessure speelde de speler speelde zijn eerste wedstrijd (als wisselspeler). Op dat moment was zijn lichaamssamenstelling vrijwel hetzelfde als voor de blessure.


Samenvatting

Ondanks het feit dat het gewicht vrijwel gelijk blijft, toont de seca mBCA duidelijk aan dat de vetmassa sinds de blessurepauze is toegenomen en de spiermassa is afgenomen. De veranderingen heffen elkaar min of meer op. In de loop van de behandelingsperiode werden de revalidatiemaatregelen gevolgd en hier en daar bijgesteld. De revalidatietrainingen konden worden bijgesteld met name dankzij het meten van de lichaamssamenstelling.

De grafiekmetingen van de seca mBCA helpen de doeltreffendheid van specifieke fysiotherapie te bewaken en in de loop van de behandeling aan te passen om de speler weer fit genoeg te krijgen om wedstrijden te kunnen spelen.